Promotie!

Op maandag 21 maart 2022 mocht ik mijn proefschrift, getiteld ‘Gemaakt op reis: identiteitsvorming in verslagen van de Nederlandse educatiereis (1648-1713)’, verdedigen in de Aula van de Radboud Universiteit. Mijn twee geweldige paranimfen, Paul Hulsenboom en Lieke Verheijen, stonden mij bij.

Mijn proefschrift gaat over de Nederlandse educatiereis, de zogenaamde Grand Tour. In de 17de eeuw was het een goed gebruik dat de zonen van rijke families hun zonen op een lange en dure rondreis door Europa stuurden. Als je hun routes uitstippelt, krijg je dit plaatje:

Gevisualiseerde reisverslagen in Google Earth

Jongeren leerden meer over de wereld, werden zelfstandig en zelfredzaam en imiteerden goede buitenlandse eigenschappen. Reizen leidden tot persoonlijke groei. Een jongen leerde schermen, dansen en paardrijden en legde alvast handige contacten voor later. De archieven liggen vol met mooie bronnen: gedichten, brieven, academische diploma’s, kladjes en aantekeningen. Er zijn kasboeken, waarin de kosten heel precies werden genoteerd, en statige portretten, zoals hieronder van Coenraad Ruysch, gemaakt in Rome. Ik heb vooral gekeken naar reisjournalen. Die variëren van zakelijke logboeken tot ellenlange persoonlijke relazen. Soms zijn ze zorgvuldig geschreven en geordend, andere keren krijg je hoofdpijn van de slordige hanenpoten en doorgekraste priegelhandschriften.

Kasboek van Joan Huydecoper, portret van Coenraad Ruysch, kladjes van Johan en Cornelis de Witt, reisjournaal van ‘De Amsterdamse vader’, kriebels van Ernst Frederik Vegelin van Claerbergen.

Mijn onderzoek gaat over identiteitsvorming. Jongeren werden in het buitenland geconfronteerd met andere gewoontes en geloven. Leerden zij om andere culturen te respecteren en te waarderen of herhaalden zij juist vooroordelen dat eigen taal en land beter waren? Daarvoor heb ik vijf deelthema’s bestudeerd. Hoe keken jongeren naar hun buitenlandse scholing, sociaal-maatschappelijke positie, mannelijkheid, geloofsovertuigingen en de band met het thuisland?

Journalen staan heel dicht op de ervaringen van jongeren, maar ze bieden geen rechtstreeks inkijkje in hun hoofden. Omdat familie en vrienden op de achtergrond meelazen, presenteerden jongeren een positief beeld van zichzelf. Tolerant, verfijnd of kosmopolitisch. Dat betekent dat we wisselende houdingen zien. Neem het thema religie, met deze twee voorbeelden van Arnout Hellemans Hooft en Johannes Lieshoud. Hellemans Hooft ontving de pauselijke benedictie, Lieshoud dreef de spot met gekke kerklegenden.

Reizen was een kwestie van laveren, op zoek gaan naar een gulden middenweg. Jongeren moesten tolerant zijn tegenover de katholieke Ander, maar ook niet ál te ver doorslaan. Franse verfijning was een plus, maar het mocht nooit omslaan in aanstellerij. Reisjournalen zijn de neerslag van deze zoektocht naar een gulden middenweg. Ze laten zien welke keuzes een reiziger maakte, hoe hij zich schikte naar de verwachtingen van zijn omgeving en hoe hij, op papier en op de kaart, zijn eigen pad koos.

Dit proefschrift was ook een educatiereis. Ik werd bijgestaan door twee academische gidsen, mijn promotoren, Lotte Jensen en Johan Oosterman. Af en toe nam ik een verkeerde afslag, verdwaalde ik of was ik het spoor bijster. Dankzij hun hulp haalde ik de eindstreep.

Geïnteresseerd? Het proefschrift is te vinden via de Radboud Repository: https://repository.ubn.ru.nl.

Geef een reactie

Vul je gegevens in of klik op een icoon om in te loggen.

WordPress.com logo

Je reageert onder je WordPress.com account. Log uit /  Bijwerken )

Facebook foto

Je reageert onder je Facebook account. Log uit /  Bijwerken )

Verbinden met %s