17 april 1675, Rome, Coenraad Ruysch
Met dese materie liep een quartier uers noch door, als wanneer haere majesteijt mij dimitteerde met mij adieu te seggen, geluck op de reijs te wenschen et seggen dat ick volharden soude van een van haer vriende te sijn. Soo als ick mij booch, booch haere majesteijt sich heel beleeft met handt nae de aerde, veel lager als ick mij soude derven imagineeren hebben. Haere groeten en reverentie syn als die van een man en niet van een vrouw.
In Rome had Coenraad Ruysch de eer om koningin Christina van Zweden te zien. Na veel geregel mocht hij op audiëntie komen, een gebeurtenis die uitgebreid op papier werd vastgelegd. Bij vertrek uit Rome deed zij alle plichtplegingen.

Portret van Christina van Zweden door de Nederlandse schilder Jacob-Ferdinand Voet.