13 maart 1675, Rome, Coenraad Ruysch
Dit is de plaets daer alle de gevangenen van staet sitten. Tegenwoordich waeren der 5, doch wij saegen maer [een], sijnde den principe de Matrice, die syn vrouw vermoort hebbende, met dese eeuwige gevankenis begenaedicht wiert, als mede met de permissie van een vleijshouwers dochter daer hij van verlieft wiert, naederhandt in t’ fort te trouwen en haer bij sich te houden.
Op 13 maart 1675 bracht Coenraad Ruysch een bezoekje aan de Engelenburcht van Rome, dat in die tijd dienstdeed als gevangenis. Ruysch hoorde een bijzonder verhaal over een zekere edelman die zijn vrouw had omgebracht en levenslang had gekregen. Hoe hij in zijn cel met de slagersdochter had kunnen trouwen, laat de reiziger in het midden.