27 augustus 1646, Valence, Johan en Cornelis de Witt
Maendach hebben wesen sien in het collegie van de jacobijns, alwaer vertoont wert het geraemte van een reuse uijtgeschildert, dewelke aldaer begraven gevonden is geweest. Daer sijn noch eenige beenen van binnen Valence, doch hebben deselve niet konnen sien vermits…. (28 augustus) … quamen des middachs te Roman [Romans-sur-Isère] […].
Op 27 augustus 1646 bezochten de gebroeders De Witt het Franse stadje Valence, halverwege Avignon en Lyon. In de kerk zagen zij een schilderij van een reus. Volgens de overlevering had een monnik in 1456 had geraamte van een man van 7,5 meter in de grond gevonden. Dat verhaal deed als een lopend vuurtje de ronde. Mogelijk inspireerde het Rabelais zelfs bij het schrijven van zijn Gargantua en Pantagruel (1532-1564). Het schilderij is helaas verloren gegaan, maar de verzamelaar Pierre Sala liet een kopie vervaardigen.