20 november 1649, Genève, Jean Louis Calandrini
Gij schrijft mij over de reis van uw zoon naar Italië; ik zal alle mogelijke inlichtingen inwinnen, o.a. van mijn zoon, die eenige maanden te Genua is geweest en nu over Venetië hier terugkeert. Voor credietbrieven en aanbevelingen te Venetië, Milaan, Genua en Rome zal ik zorgen. Intusschen profiteeren wij van zijn gezelschap. Kunt gij ook iets doen voor goede vrienden van ons, die te Utrecht in een langdurig proces zijn gewikkeld?
Tijdens zijn educatiereis bracht Constantijn Huygens jr. de koude wintermaanden door in de calvinistische republiek Genève. Daar hield de invloedrijke bankiersfamilie Calandrini een oogje in het zeil. Jean Louis Calandrini schreef aan vader Huygens dat hij krediet- en aanbevelingsbrieven zou regelen voor de jonge Constantijn. Daarmee kon hij met een gerust hart door Italië reizen. Wel vroeg Calandrini meteen om een wederdienst.